Paragrafen

Financiering

Rente speelt een belangrijke rol in de begroting; er zijn kosten (vergoeding voor het lenen van geld) maar ook opbrengsten (bespaarde rente) mee gemoeid. Mede gelet op de omvang van deze bedragen, is het gewenst dit onderdeel van de begroting inzichtelijk te maken. Daarbij gaat het zowel om factoren die invloed op de rente hebben, als het in beeld brengen van de keuzemogelijkheden die hier aanwezig zijn.

Onderscheid kan worden gemaakt tussen de zogenaamde korte rente en lange rente. We spreken van korte rente voor termijnen tot maximaal 1 jaar en van lange rente voor termijnen van 1 jaar of langer.
De hoogte van de rente kan fluctueren als gevolg van diverse omstandigheden. Gemeenten kunnen op de ontwikkelingen die van buiten komen, weinig tot geen invloed uitoefenen. Wel kunnen gemeenten de interne rekenrente bepalen en ook keuzes maken in de manier waarop geld aangetrokken of uitgezet wordt. Zij zijn daarbij gebonden aan wettelijke bepalingen, waaronder de Wet Fido en de Wet HOF.

Op basis van de BBV vernieuwing zoals die vanaf 2017 van toepassing is behoort voortaan de rente op een post in de begroting te worden opgenomen en wel via het taakveld treasury. De commissie BBV geeft aan dat er 3 methoden kunnen worden toegepast voor wat betreft de renteomslag:

  1. In de renteomslag ook de berekende rente over het eigen vermogen en de voorzieningen verwerken;
  2. Alleen de werkelijk betaalde rente verwerken in de renteomslag;
  3. Geen renteomslag toepassen en alleen rente toerekenen aan projecten, investeringen en grondexploitatie.

Op basis van methode 1 is sprake van het volgende renteresultaat:

Renteschema rentetoerekening

werkelijk

begroot

begroot

begroot

begroot

begroot

(x € 1.000)

2021

2022

2023

2024

2025

2026

a.

De externe rentelasten over de korte en lange financiering

77

187

204

244

272

274

b.

De externe rentebaten

0

0

0

0

0

0

Totaal door te rekenen externe rente

77

187

204

244

272

274

c.

De rente die aan de grondexploitatie moet worden doorberekend

-13

-40

-36

-45

-7

0

De rente van projectfinanciering

0

0

0

0

0

0

Saldo door te rekenen externe rente

90

227

240

289

279

274

d.1

Rente over eigen vermogen

246

283

239

291

306

324

d.2

Rente over voorzieningen

225

191

181

176

175

171

De aan de taakvelden toe te rekenen rente

561

701

660

756

760

769

e.

De werkelijke aan taakvelden toegerekende rente (renteomslag)

558

579

616

622

628

614

f.

renteresultaat op het taakveld treasury

3

122

44

134

132

155

afwijking (max. 25%)

-0,53%

-17,40%

-6,67%

-17,72%

-17,37%

-20,16%

 

In de notitie Rente van cie. BBV staat de stellige uitspraak dat correctie van de toegerekende rente dient plaats te vinden wanneer de toegerekende rente >25% afwijkt van de daadwerkelijke rentelasten. Op basis van dit overzicht kan worden geconcludeerd dat voldaan wordt aan deze stellige uitspraak.

Met ingang van de begroting 2022 is de renteomslag zoals die toegerekend wordt aan geactiveerde investeringen verlaagd van 1,47% naar 1,39%.

Deze pagina is gebouwd op 10/26/2022 16:38:49 met de export van 10/26/2022 14:44:17