Op 1 januari 2023 treedt de Omgevingswet in werking.
De Omgevingswet vervangt 26 wetten, 75 ministeriële regelingen en 60 Algemene Maatregelen van Bestuur. De wet bundelt en moderniseert de regels voor ruimte, wonen, infrastructuur, milieu, natuur en water en zal het proces van de inrichting van de fysieke leefomgeving fundamenteel veranderen. De wet vormt de basis voor de ontwikkeling en het integraal beheer van de fysieke leefomgeving voor de komende jaren.
Met de implementatie van de Omgevingswet passen we onze werk- en denkwijze verder aan, zodat deze zich kenmerkt door:
- Een open communicatie tussen betrokkenen in de fysieke en sociale leefomgeving.
- Het in wederzijds vertrouwen samenwerken aan het verbeteren en optimaliseren van de fysieke leefomgeving in brede zin.
- Een geoptimaliseerde (fysieke en digitale) dienstverlening.
Plannen maken met de samenleving
De aankomende Omgevingswet heeft grote invloed op de manier van plannen maken. Dat betekent dat het werk na 1 januari 2023 nog niet klaar is. In de Omgevingswet zijn een aantal verplichte acties voor gemeenten opgenomen. Zo zijn gemeenten verplicht om per 1 januari 2024 te beschikken over een Omgevingsvisie. Op 1 januari 2029 moeten gemeenten een Omgevingsplan hebben. Bij de uitwerking van deze onderdelen zullen ook de ontwikkelingen in het sociaal domein betrokken worden.
Groot pluspunt is dat we hiermee veel meer integraal naar de fysieke en sociale leefomgeving gaan kijken. Naast ruimtelijke en sociale aspecten komen hier ook zaken als milieu, volksgezondheid, mobiliteit, erfgoed en natuur aan bod. Het is belangrijk dat we bij dit traject de hele samenleving betrekken.